Willem van der Weide: van horecaman tot spiritueel genezer

Gepest, getreiterd, ingeslagen ramen, uitgebrande auto, faillissement, schuldsanering, overspannen, een burn-out, Willem van der Weide (58) kreeg het behoorlijk voor zijn kiezen. Na een roerig leven kwam hij in Heerenveen terecht, waar zijn huis aan de Zijlroede een oase van rust vormt. Een gesprek met een man die ondanks onnoemelijk veel tegenslag, de positiviteit lijkt te hebben uitgevonden.

Magnetiserende handen

Wat Willem van der Weide altijd heeft gehad, maar pas later iets mee heeft gedaan, was de energie in zijn handen. Magnetiserende handen. In de tijd dat hij in de Ziektewet zat, gaf hij massages. “Het mooiste compliment kreeg ik van een professional. Na een massage zei hij: ‘Ik ben masseur, dat heb ik even verzwegen. Maar jij bent de eerste die me goed geholpen heeft.’ Toen ben ik gaan onderzoeken wat ik kon en wat ik mocht. Ik heb via het UWV de opleiding Aura Chakra Practitioner gedaan. Sinds die tijd valt alles bij me op zijn plaats. Heb een eigen praktijk aan huis. Maar kom ook aan huis. Ik heb andere cursussen gevolgd, zoals Helen met Edelstenen. Ik ben mezelf aan het ontwikkelen.”

 

Pesterijen

Willem van der Heide werd geboren in Bolsward, als jongste van elf kinderen. “Eigenlijk waren het er dertien, maar twee zijn er overleden. Maar daar werd nooit over gesproken.” Al snel was duidelijk dat hij iets in de horeca zou doen. De jonge Willem werkte in verschillende cafés en werkte zich van glazenophaler op tot een vaste stek achter de bar van de in Bolsward bekende bardiscotheek Hof van Holland. Op zijn achttiende verruilde hij de stad voor het ruime sop en werd scheepskok.

 

In die tijd ontmoette hij ook zijn toenmalige partner Harm. Het stel woonde in Leeuwarden. Dat wil zeggen, Leeuwarden was de uitvalsbasis, want Van der Weide zat vooral op zee. Al snel werden de twee mannen onderwerp van pesterijen van jeugd die uit de kroeg kwam. Op weg naar huis bonkten ze op de voordeur en ramen, gooiden stenen tegen de ruiten en er zelfs doorheen. Met als dieptepunt het in brand steken van de auto van Harm. Dat was op 28 april 1990.

 

Op handen gedragen

Voor het dorpshuis eetcafé ’t Skipperke in Baard werd een uitbater gezocht. Het duo had daar op gesolliciteerd. Het toeval wilde dat de ochtend na de brand – op de verjaardag van Harm – er een brief in de bus gleed waarin stond dat de keuze op hen was gevallen. Dat was nog eens wat je noemt een geluk bij een ongeluk en een erg aardig verjaardagscadeau. “Er waren meerdere kandidaten”, vertelt Willem van der Weide. “Voor een dorp was het nogal gewaagd om twee mannen aan te stellen in plaats van een heterostel. We hebben er veertien schitterende jaren gehad. Daar werden we echt opgenomen. Op handen gedragen.” Er werd wel twee keer ingebroken, maar dat had niets met de geaardheid van de twee mannen te maken.

 

Baard ligt ten zuidwesten stad Leeuwarden en ten noorden van Sneek, tussen Oosterlittens en Lions. De dorpskern ligt aan de zuidkant van de Bolswardertrekvaart en door het dorpsgebied stroomt ook de Baardersloot. Naast kroegbaas werd Willem ook burgwachter in Baard. “Die draaide ik met de hand. Mooie tijd. In Baard wonen maar iets van tweehonderd mensen. We waren zes dagen van de week open. Door de week van 11.00 uur tot middernacht en in het weekend tot twee uur ’s nachts. We hadden één slaapkamer en de woonkamer was achter het café. Maar daar waren we niet veel. Overdag hadden we vertegenwoordigers, vissers, mensen overal vandaan. Het liep. Puur door open te zijn. Op zondag was er happy hour, dan kon je over de koppen lopen.”  

 

Vlieland

Aardig te noemen en illustrerend voor de verhouding die Willem binnen de gemeenschap van Baard had, waren zijn vakanties naar Vlieland met de jeugd uit het dorp. “De jongeren in Baard wilden naar Vlieland. Daar gebeurde het. Mocht niet van hun ouders. Maar omdat ik meeging, mochten ze wel. De ouders hadden alle vertrouwen. Dat waren mooie tijden.” 

 

Schipbreuk

Aan de mooie tijd in Baard kwam een einde, de relatie tussen Willem en Harm leed schipbreuk. Harm vond onderdak en emplooi in Bolsward; avonturier Van der Weide koos voor Turkije. “Ben er een jaar geweest. Gekeken of ik daar een horecabedrijf kon opstarten. Ik kwam er al jaren met vakantie. Veel vrienden gemaakt. Het land trok mij. Het gemoedelijke. Maar als ik bij een potentieel horecabedrijf kwam, verdriedubbelde de huur. Ze dachten dat ik een vermogende man was. Dat dachten ze trouwens van iedere West-Europeaan. Ik heb er een jaar gewerkt, in de toeristenbranche als reisleider gewerkt. Maar weer teveel mens geweest.

 

Ik hielp een vrouw van wie de man met een hartinfarct daar in het ziekenhuis lag. Dan besteed je veel aandacht aan mensen die het nodig hebben, maar breng je te weinig geld in het laadje. Ik heb altijd andere mensen geholpen. We hebben in het café een half jaar lang een huisvriend verzorgd. Die was ernstig ziek. Kon niet alleen zijn. Die lag in onze woonkamer. De dag voor zijn overlijden is hij in een ambulance naar zijn eigen huis gebracht. Hij voelde het aankomen.”

 

Faillissement

Grote vraag is atuurlijk hoe je van Bolsward via de zee, Leeuwarden, Baard en Turkije in Heerenveen terecht komt. Van der Heide: “Ik had in mijn jeugd op de lts in Heerenveen gezeten. Toen was de Gedempte Molenwijk hét uitgaansgebied. Ik kon er een pand huren. ‘Fifty Fifty’ heb ik dat toen genoemd. Iedereen was welkom. Zowel de hetero’s als de homo’s. Maar ik kreeg daar de mensen niet. Het eerste jaar was mijn omzet soms een tientje tot vijftig euro op een avond. Want ik wilde de drugs er niet in hebben. Maar ik zat met twee koffieshops in de straat in de verkeerde wijk. Het gewone publiek kwam er niet. Pas toen ik alles binnenliet begon het te lopen. Ik heb het nog anderhalf jaar volgehouden, maar de schulden waren te hoog. Ik heb me failliet laten verklaren en kwam in de schuldsanering.” Einde Fifty Fifty betekende ook einde horeca voor Van der Weide. “Ik mis het niet. Ik heb nu veel dankbaarder werk. Ik heb te veel meegemaakt.”

 

Leven achter de gordijnen 

Allerdiepste dieptepunt voor Willem was naar eigen zeggen 2008 toen hij zijn huidige woning in Heerenveen betrok. “De buren weten pas sinds zeven jaar dat ik hier woon; doordat ik een hond Kreeg. Tot die tijd kwam ik niet buiten. Ik leefde achter de gordijnen. In 2014 ben ik weer begonnen te leven. Ik ging weer naar buiten, kwam mensen tegen, maakt een praatje. Ik kwam er weer een beetje bovenop. Toen ben ik taxichauffeur geworden. De mensen van de gemeente dachten dat dat goed bij me paste. Dat was niet zo.

 

Ik heb de laatste jaren mezelf leren kennen. Vooral door de spirituele trainingen die ik heb gedaan. Iedereen is een individu. Ik wil met niemand vergeleken worden. Je hoeft niet beter te zijn dan een ander. Kijk naar jezelf. Ik leef nu in het nu, niet in het verleden. Maar het was best zwaar.”

 

Liefde en geluk

“Ik vertel maar de helft van wat ik heb meegemaakt, want het moet allemaal niet te donker worden. Het is een harde leerschool geweest maar wel eentje die er voor heeft gezorgd dat ik nu andere mensen kan helpen. Ik kwam laatst iemand tegen die aan me vroeg: ‘Willem ben jij dat? Ik herkende je niet zo snel. Je hebt een lach om je gezicht. Dat was vroeger een gemaakte lach. Nu is het een echte. Je leeft weer.’ Dat was leuk om te horen.”

 

Het geluk lijkt Willem van der Weide weer toe te lachen. En er is weer een nieuwe liefde in zijn leven, ook niet onbelangrijk. “Ik ben mezelf jarenlang vergeten. Ik wil naar voren”, zegt hij tot besluit. “Ik wil mensen helpen. Veel mensen weten niet wat ze willen en wat ze kunnen. Terwijl iedereen potentie heeft.”